Klik op foto om te vergroten |
´Rosa Majalis´ De meiroos |
Deze roos wordt al sinds de renaissance gekweekt in Europese tuinen. De soort komt uit de berggebieden van Midden- en Oost-Europa en uit delen van Siberië en is dan ook zeer winterhard. Ze heeft een vroege bloei, vandaar de naam meiroos. De bloemen zijn donkerroze met in het hart een kleine witte vlek en met lichtgele meeldraden. Er komen dan kleine, ronde, rode bottels. De plant heeft ranke takken, die aanvankelijk glad zijn maar bij het ouder worden haakvormige doorns ontwikkelen. Het blad is mat grijsgroen. De plant is krachtig en maakt vaak een uitlopervormende struik. |
Type roos: | Botanische |
Bloemgrootte: | 5 cm |
Geur: | Licht |
Bloeitijd: | eenmaal bloeiend, in het voorseizoen |
Hoogte/ Breedte: | 2,5 m/ 5 m |
Winterhardheid: | |
Bladvorm en kleur: | |
Kleur: | |
Resistentie: Meeldauw: Blackspot: Roest: |
|
Synoniem: | Rosa Cinnamomea |
Herkomst: | |
Ouders: |